Les geleerd:
1. Het is mogelijk dat een ngo een belangrijk onderwerp op de internationale agenda zet. Een ngo zat formeel aan tafel en speelde een grote rol bij het opstellen van het verdrag.
2. Kleine en middelgrote landen gaven mondiaal leiderschap en behaalden grote diplomatieke resultaten en lieten zich niet tegenhouden door de grootmachten.
3. Het is mogelijk om buiten de traditionele diplomatieke fora zoals het VN-systeem te werken en met informele in plaats van traditionele middelen om succes te behalen.
4. Door gemeenschappelijke en gecoördineerde actie verliep het proces snel: verdragsonderhandelingen binnen een jaar en ratificatie door genoeg landen binnen negen maanden.
Andere:
• Partnerschap loont. Er was een hechte en effectieve samenwerking op strategisch en tactisch niveau.
• Bouw een kerngroep van gelijkgestemde regeringen. De campagne riep individuele regeringen op om samen te komen in een zichzelf identificerend blok tegen landmijnen. Na een lange vijandige relatie begonnen steeds meer regeringen een onmiddellijk verbod goed te keuren.
• Niet-traditionele diplomatie kan werken. De regeringen besloten een versnelde aanpak na te streven, buiten de traditionele onderhandelingsfora om.
• Zeg nee tegen consensus. Als je het niet eens was met een totaalverbod, doe dan niet mee.
• Regionale diversiteit en solidariteit zonder blokken bevorderen. Vermijd traditionele diplomatieke afspraken.
Voordelen van het Landmijnverbod:
• Focus op een enkel wapen
• Makkelijk te begrijpen boodschap
• Zeer emotionele inhoud
• Het wapen was militair noch economisch belangrijk
Nadelen
• De wijdverspreide inzet van mijnen was een integraal onderdeel van de ter plaatse aanwezige verdediging, oorlogsplannen, training en doctrine en werd beschouwd als gewoon en acceptabel als kogels.
• Veel landen hadden voorraden antipersoonsmijnen en deze werden op grote schaal gebruikt.
• Ze werden beschouwd als goedkoop, low-tech, betrouwbaar, een substituut voor mankracht en een focus voor toekomstige R&D voor rijkere landen.
Wat werkte voor hen:
• Duidelijke campagne en doel. We hadden een simpele boodschap en we concentreerden ons op humanitaire kwesties in plaats van op ontwapening. Er werd gebruik gemaakt van sterke visuele beelden en de steun van bekende persoonlijkheden, waardoor het probleem in de media kwam.
• Niet-bureaucratische campagnestructuur en flexibele strategie. Dit maakte een snelle besluitvorming en implementatie mogelijk. Ze werkten buiten de VN in het Ottawa-proces en met de VN toen het verdrag van kracht werd.
• Effectieve coalities. Allianties werden opgebouwd tussen alle deelnemers, gefaciliteerd door persoonlijke relaties via e-mail.
• Gunstige internationale context. De koude oorlog was voorbij; kleine staten namen het voortouw; regeringen zorgden voor sterk leiderschap en gebruikten niet-traditionele diplomatie.